Eén voetbaltrainer is dit nog maar net begonnen eredivisieseizoen al ontslagen, drie zitten er behoorlijk op de spreekwoordelijke wip. Als na Michael Silberbauer (FC Utrecht) komend weekeinde ook het doek valt voor Maurice Steijn (Ajax), Phillip Cocu (Vitesse) en Kees van Wonderen (sc Heerenveen) is dat een nieuw record in deze fase van de competitie.
Nooit eerder in de geschiedenis van het betaald voetbal stond de teller na zeven speelronden al op vier trainerswissels.
Het hoogste aantal zo vroeg in het seizoen is twee. Dat is zeven keer eerder gebeurd en voor het laatst in het seizoen 2014/2015. Toen werd Jan de Jonge na drie speelronden bij Heracles Almelo ontslagen en stapte Marco van Basten na vijf wedstrijden zelf op bij AZ.
Bekijk hieronder de interviews die Phillip Cocu en Maurice Steijn gisteravond gaven na weer een nederlaag.
Een blik op de historie van de eredivisie leert dat in het seizoen 1999/2000 de meeste trainerswissels werden doorgevoerd, liefst twaalf. De namen: Jan Wouters (Ajax), Frans Thijssen en Massimo Morales (beiden De Graafschap), Hans Meyer (FC Twente), Mark Wotte (FC Utrecht), Leo Beenhakker (Feyenoord), Jim Calderwood (NEC), Jan Everse (Sparta), Herbert Neumann en Edward Sturing (beiden Vitesse) en Co Adriaanse (Willem II).
In 2020/2021 waren na negen speelrondes al vier eredivisieclubs van trainer gewisseld, het snelst dat dit aantal werd bereikt in een seizoen.
Silberbauer was dit seizoen op 29 augustus na drie nederlagen op rij met FC Utrecht de eerste die de laan uit werd gestuurd. Steijn staat met Ajax momenteel op de voor de Amsterdammers onwezenlijke veertiende plaats, Cocu heeft met nummer vijftien Vitesse vijf keer achter elkaar verloren en Van Wonderen met nummer twaalf Heerenveen vier keer.
Ajax speelt zaterdag uit bij RKC Waalwijk, Vitesse maakt zich op voor de Gelderse derby zondag bij NEC en Heerenveen gaat zaterdag op bezoek bij FC Twente.